Tarlov cysten uitgelegd

TARLOV CYSTEN UITGELEGD

Tarlov cyste

Tarlov cysten zijn een type II meningeale cysten. De Tarlovcyste is een uitzetting van het steunweefsel van een zenuw. Deze cysten kunnen overal ontstaan in de wervelkolom, maar zijn meest aanwezig ter hoogte van het heilig been. De cyste is een onderdeel van de zenuw en kan dus nooit volledig weggehaald worden.

. Tarlov cysten zijn de meest voorkomende types van meningeale cysten en zijn een extraduraal type van meningeale cysten die altijd zenuwwortelvezels bevatten.

Ongeveer 25% van de Tarlov cysten is op het moment van ontdekking symptomatisch en sommige asymptomatische Tarlov cysten zullen later in het leven symptomatisch worden.

Op grond van gegevens uit de medische literatuur worden deze cysten vermoedelijk jaarlijks bij zo’n 2.000-2.500 mensen vastgesteld.


Oorzaak

Tarlov cysten ontstaan als gevolg van een ophoping van hersenvocht tussen het endoneurium (endotheliale voering die de axonen omhult) en het perineurium (bindweefsel dat de zenuwbundels omhult) in een zenuwwortelschede. De cysten worden gevonden in de buurt van het dorsale (achterste) wortelganglion.


Tijdens hun ontwikkeling hebben de meeste Tarlov cysten geen klepsysteem. De druk binnen deze communicerende cysten moet dan gelijk zijn aan de druk in de subarachnoïde ruimte van het wervelkanaal. Vandaar dat verhoogde druk in het ruggenmergkanaal invloed heeft op verschillende zenuwwortels tegelijkertijd en kan daarom pijn en paresthesie veroorzaken in meerdere dermatomen bilateraal en tegelijkertijd, ongeacht de grootte van de Tarlov cysten.

In sommige gevallen kan er tijdens de ontwikkeling van een Tarlov cyste een versmalling van de cystenek optreden als gevolg van proliferatie van spinale arachnoïde granulaties rond de dorsale zenuwwortels. Een dergelijke proliferatie is een reactie op een toename in CSF-druk (hersenvocht druk). Een smalle hals kan een eenrichtingsklepsysteem creëren waarmee CSF de cyste kan betreden, maar de limiet beperkt aanzienlijk de uitstroom.


Dat de cysten pijn en neurologische symptomen veroorzaken, mag duidelijk zijn, aangezien in de allereerste publicatie in 1938 van dr. I.M. Tarlov tijdens histologisch onderzoek van de cyste er duidelijke aanwijzingen waren voor degeneratieve veranderingen, nl. afbraak van myelineschede en zenuwvels in de preparaten en chromatose (een reactieve verandering die optreedt in het cellichaam van beschadigde neuronen) van ganglioncellen. Er werd uitval van zenuwcellen gezien in het coresponderende ganglion, met woekering van fibroblasten en vorming van bindweefsel littekens.


Diagnose

De diagnose wordt gesteld met behulp van een MRI-scan van de onderkant van de wervelkolom. Hierop zijn de cysten zichtbaar maar blijven vaak onopgemerkt omdat artsen anno 2019 nog vaak onbekend zijn met deze aandoening.

Mensen met het overdruksyndroom of Tarlov-cysten lopen vaak al jaren rond met invaliderende klachten alvorens de diagnose gesteld wordt. Dit komt omdat veel van de symptomen ook voorkomen bij andere aandoeningen.

De diagnose wordt doorgaans gesteld op basis van:

De klachten van de patiënt, waarbij langdurig bestaande, onverklaarbare en moeilijk te behandelen pijnklachten centraal staan.

Een pinpriktest waarbij met een naald in de romp en ledematen geprikt wordt om gevoelsstoornissen vast te stellen. Een MRI van de ruggengraat waarop Tarlov-cysten waargenomen kunnen worden.

Een elektromyografie (EMG) van de benen en het bekken waarop de elektrische activiteit van de spieren en zenuwen gemeten wordt.


Behandeling Tarlov cyste

Is de diagnose overdruksyndroom gesteld of zijn Tarlov-cysten aanwezigheid dan is de behandeling tot nog toe gericht op pijnbestrijding. Deze bestaat uit het gebruik van onder meer Amitryptyline,/ Duloxetine / Gabapentine / cymbalta / lyrica of drukverlagende medicatie zoals Diamox in combinatie met Ultra K (vloeibare kalium wordt geadviseerd i.v.m. bijwerkingen door dalend kaliumgehalte). Een aantal patiënten heeft goede ervaring met Targinact.


Microchirurgie wordt in het buitenland gebruikt om de zenuwwortelcompressie te verlichten.

De operatie is echter delicaat vanwege de hoge hydrostatische druk, kwetsbaarheid van weefsels, de aanwezigheid van de zenuwwortelvezels in de cyste of de cystewand, wat in een aantal gevallen kan leiden tot hoge incidentie van complicaties zoals zenuwbeschadiging of een duraal lek.

Studies die medische interventionele en chirurgische behandelingen met elkaar vergelijken, zijn schaars en twijfelachtig en afgeleid van relatief kleine casusreeksen van kleine proefgrootte. Daarbij kunnen cysten terugkeren of nieuwe cysten zich vormen.
Er is voorgesteld dat patiënten met progressieve en/of refractaire lumbosacrale of radiculaire pijn, boterosie, urogenitale pijn en aanhoudende urine-incontinentie, toegeschreven aan de aanwezigheid van de cyste geschikte kandidaten zijn voor een operatie.


Het doel van de behandeling is om zenuwstimulatie en compressie te verlichten, boterosie te stoppen en symptomen te verminderen. Resultaten na operatie zijn onlangs beoordeeld;

Van de 646 patiënten die in een gezamenlijke analyse werden opgenomen, had 32(.51)% volledige verlichting van de symptomen, 50(.62)% gedeeltelijke verlichting, 16(.41)% had geen verbetering of klinische verslechtering en 0,46% had verergering van hun symptomen.
Ondanks een scala aan behandelopties in deze studie, is er geen consensus over de juiste behandeling, operatie kan een effectieve optie zijn om de symptomen gedeeltelijk of volledig te verlichten.

Echter, zorgvuldige patiëntenselectie/ vooronderzoek blijft de belangrijkste factor die de uitkomst mede bepaalt voor een operatie van de sacrale Tarlov cysten.

In geval symptomatische Tarlov cyste patiënten ook klagen over nekpijn, hoofdpijn, oogpijn, wazig zicht, dubbel zicht, is het belangrijk patiënten te verwijzen naar ophtalmologie voor een gezichtsveld- en een papiloedeemonderzoek en een drukmeting via een lumbaalpunctie.

Niet altijd is de druk heel hoog!

De grens van 20 cm H2O om intracraniële hypertensie te definiëren is waarschijnlijk te hoog.

Er is wellicht een continuüm tussen normaal en verhoogde intracraniële druk (normaalwaarden 5-15 cm H20). In Amerikaans onderzoek is naar voren gekomen, dat bij patiënten met een bindweefselaandoening een druk van 17 of 18 cm H2O, gemeten bij lumbaalpunctie, al invaliderende klachten kan veroorzaken


Zorgvuldige patiëntenselectie/vooronderzoek blijft de belangrijkste factor die de uitkomst bepaalt na een operatie voor sacrale perineurale cysten.


Het kan daarnaast ook helpen om enkele aanpassingen door te voeren in de levensstijl.

Advies om zo weinig mogelijk te zitten en staan, zware fysieke inspanningen te vermijden, dagelijks meerdere rustmomenten in te plannen en zo min mogelijk dingen te doen die de cerebrospinale druk kunnen verhogen zoals het nuttigen van alcohol en koffie en blootstelling aan de zon.


zie ook de patiënten flyer


en: https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC6292399/ 

       https://www.dr-rasschaert.be/tarlov-cyst

       https://tvgg.be/nl/artikels/atypisch-gelegen-tarlov-cysten-kunnen-typische-ziektebeelden-imiteren